Bericht

Rekenkameronderzoek "samenwerking dorps- en wijkraden"

Geplaatst op 28 april 2025, 15:03 uur
Illustration

De Rekenkamer Haarlemmermeer heeft de resultaten aangeboden van haar opvolgonderzoek naar de samenwerking tussen de gemeente en de dorps- en wijkraden. In dit onderzoek is gekeken in hoeverre de aanbevelingen uit het eerdere rapport Wijze raad is halve daad (2020) zijn opgevolgd. De gemeenteraad bespreekt het rapport binnenkort tijdens een raadsessie.

Het oorspronkelijke onderzoek uit 2020 stelde vast dat Haarlemmermeer beschikt over veel actieve dorps- en wijkraden, maar dat hun democratische invloed beperkt was. De kennis en inzet van deze raden werden niet optimaal benut, mede door een gebrek aan een langetermijnvisie op participatieve democratie en onvoldoende duidelijke rollen en verwachtingen.

Vliegende start, maar nog geen eindbestemming

De Rekenkamer ziet dat sindsdien belangrijke stappen zijn gezet. Zo investeerden zowel raad als college intensief in de relatie met de raden, onder meer door het organiseren van webinars, de introductie van de jaarlijkse Dag van de Raden, en door raadsvergaderingen op locatie. Ook zijn er samenwerkingsafspraken gemaakt en vinden er halfjaarlijkse bijeenkomsten plaats om de banden verder te versterken.

Daarnaast leidde dit alles tot het unaniem aangenomen initiatiefvoorstel Langetermijnvisie Participatiedemocratie, waarmee de basis is gelegd voor verdere versterking van de participatieve democratie.

Blinde vlekken blijven bestaan

Toch blijven er knelpunten. Dorps- en wijkraden ervaren nog steeds dat zij vaak te laat of onvoldoende worden betrokken bij de besluitvorming, waardoor hun invloed beperkt blijft, zoals bij de planvorming in hun buurt. Hierdoor kunnen ze weinig invloed uitoefenen op belangrijke beslissingen. Gebrekkige communicatie vanuit de gemeente over de mogelijkheden en beperkingen versterkt dit gevoel. Ook gebiedsmanagers, bedoeld als brug tussen gemeente en raden, blijken vaak onvoldoende bevoegd om daadwerkelijk knelpunten op te lossen, zelfs bij relatief kleine kwesties in de openbare ruimte.

Bovendien ontbreekt er, ondanks goede bedoelingen, nog altijd een heldere en breed gedragen langetermijnvisie op de rol van dorps- en wijkraden binnen de lokale democratie.

Nieuwe aanbevelingen van de Rekenkamer

De Rekenkamer doet op basis van het opvolgonderzoek zes aanbevelingen aan het college van burgemeester en wethouders:

  1. Ontwikkel, samen met het gebiedsmanagement, een voorstel voor vervolgstappen in gebiedsgericht werken.

  2. Bespreek met de gemeenteraad de rol van de raad in deze vervolgstappen.

  3. Vraag de dorps- en wijkraden hoe zij kunnen bijdragen aan deze vervolgstappen.

  4. Pas het voorstel aan op basis van deze gesprekken en leg het opnieuw voor aan de gemeenteraad.

  5. Overweeg het benoemen van een portefeuillehouder per gebied om de verbinding tussen organisatie, college en raad te versterken.

  6. Betrek dorps- en wijkraden nadrukkelijker bij de langetermijnagenda en ondersteun hen in het moment en de wijze waarop zij invloed kunnen uitoefenen.

Deze stappen moeten bijdragen aan het wegnemen van belemmeringen voor gebiedsgericht werken, het verduidelijken van rollen en verantwoordelijkheden, en het borgen van een duurzame samenwerking in de lokale democratie van Haarlemmermeer.

Vervolg

De gemeenteraad zal het opvolgonderzoek binnenkort bespreken tijdens een raadsessie. Daarbij zullen ook de vragen centraal staan die door de Rekenkamer zijn aangereikt over de toekomst van gebiedsgericht werken en de rol van dorps- en wijkraden in de komende tien jaar.

In de bijlage hieronder treft u het onderzoek aan. Tevens de reactie van het College en het nawoord van de rekenkamer op deze reactie.